SV | En Ismael, de zoon van Nethanja, ging uit van Mizpa hun tegemoet, al gaande en wenende; en het geschiedde, als hij hen aantrof dat hij zeide: Komt tot Gedalia, den zoon van Ahikam! |
WLC | וַ֠יֵּצֵא יִשְׁמָעֵ֨אל בֶּן־נְתַנְיָ֤ה לִקְרָאתָם֙ מִן־הַמִּצְפָּ֔ה הֹלֵ֥ךְ הָלֹ֖ךְ וּבֹכֶ֑ה וַֽיְהִי֙ כִּפְגֹ֣שׁ אֹתָ֔ם וַיֹּ֣אמֶר אֲלֵיהֶ֔ם בֹּ֖אוּ אֶל־גְּדַלְיָ֥הוּ בֶן־אֲחִיקָֽם׃ ס |
Trans. | wayyēṣē’ yišəmā‘ē’l ben-nəṯanəyâ liqərā’ṯām min-hammiṣəpâ hōlēḵə hālōḵə ûḇōḵeh wayəhî kifəḡōš ’ōṯām wayyō’mer ’ălêhem bō’û ’el-gəḏaləyâû ḇen-’ăḥîqām: |
En Ismael, de zoon van Nethanja, ging uit van Mizpa hun tegemoet, al gaande en wenende; en het geschiedde, als hij hen aantrof dat hij zeide: Komt tot Gedalia, den zoon van Ahikam!
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En Ismael, de zoon van Nethanja, ging uit van Mizpa hun tegemoet, al gaande en wenende; en het geschiedde, als hij hen aantrof dat hij zeide: Komt tot Gedalia, den zoon van Ahikam!
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!